Candida: gisten en schimmels
Candida en andere gisten en schimmels maken deel uit van het rijk Fungi. De twee belangrijkste Fungi stammen zijn de Basiodiomycota (waartoe paddenstoelen behoren) en de Ascomycota (tot deze stam behoren schimmels en gisten). Het woord Ascomycota is afgeleid van het Griekse ‘Askos’ wat ‘leren wijnzak’ betekent. Myco komt van het Griekse woord mykes wat ‘gist’ of ‘schimmel’ betekent.
Gisten in de darm
Er komen in de natuur enorme hoeveelheden gisten en schimmels voor, ook in het menselijk lichaam. Ongeveer 0,02% van het DNA van alle micro-organismen die aanwezig zijn in de darm, is afkomstig van gisten en schimmelsoorten. Dit wordt aangegeven met de term mycobioom. Door middel van ontlastingsonderzoek kan worden vastgesteld hoeveel gisten er aanwezig zijn in de darm. Gisten zijn gemakkelijker te kweken en te identificeren dan schimmels. Candida behoort tot de klasse Saccharomyces, waar ook bakkersgist onder valt. De Candida familie omvat tal van soorten. De volgende soorten van de Candida familie kunnen de meeste klachten veroorzaken:
- Candida albicans
- Candida glabrata
- Candida krusei
- Candida parapsilosis
Gisten zetten glucose om in alcohol en koolzuurgas. Onder zuurstofarme omstandigheden is de alcoholproductie maximaal. Bij veel mensen zijn er te veel gisten in de darm aanwezig, waardoor er winderigheid ontstaat en de buik opzet.
Evenwicht in de darmflora
Er hoort een dynamisch evenwicht tussen de slijmvliezen, gezonde darmbacteriën en gisten te bestaan. Het gebruik van antibiotica schaadt de darmflora en kan een overgroei aan Candida soorten tot gevolg hebben. Als dit gebeurt, dan kan het aantal gistcellen duizenden keren hoger worden dan normaal het geval is. Na het volgen van een antibioticumkuur treden er dan ook vaak klachten op in de darm, vagina en mond. Als er minder bacteriën deel uit maken van de darmflora en de diversiteit van die bacteriën ook nog eens afneemt, dan neemt het aantal schimmels en gisten toe.
Een sterke toename van Candida duidt vaak op een afgenomen weerstand. Bij darmaandoeningen, een besmetting met parasieten, of colitis ulcerosa is de darmflora minder divers en zijn de Candida cellen sterk in aantal toegenomen. Als de darmflora is afgenomen, dan neemt ook het aantal verzuur producerende bacteriën af. Het gevolg hiervan is dat de darmen minder zuur worden, waardoor de gisten nog beter kunnen groeien. Bij hoge aantallen gist in de darm, ontstaan er klachten zoals winderigheid, een opgezette buik, misselijkheid en vermoeidheid.
Symptomen
Door een toename van Candida cellen in de darm, ontstaan er vaak chronische klachten. De symptomen van een overgroei met gisten in de darm variëren van:
- Een brijige, zurige ontlasting
- Een opgezette buik
- Winderigheid
- Vermoeidheid
- Soms hoofpijn
- Jeuk
- Er kan ook een overgroei zijn op de huid, de anus of in de vagina
Wij raden de volgende testen aan:
Insuline, hyperinsulinaemie
De aantallen gisten nemen vaak toe bij mensen met overgewicht, omdat zij in veel gevallen te hoge insulinewaarden hebben. Zetmeelrijk voedsel doet het glucosegehalte in het bloed toenemen, waardoor het insulinegehalte stijgt. Door hoge insulinespiegels neemt het sucrosegehalte in de darm toe. Sucrase is een suiker splitsend enzym. Een overconsumptie van zetmeel en suiker en ook een stijging van insuline . Er is een duidelijke samenhang tussen hoge insulinespiegels, een toename van het suikergehalte in de darm en afwijkingen van de darmflora. Dit verklaart waarom mensen met overgewicht en diabetes type 2 in veel gevallen last hebben van Candida infecties in de darm, mond of vagina.
Vermoeidheid door Candida
Candida kan vermoeidheid veroorzaken. Via het immuunsysteem stimuleert Candida een toename van pro-inflammatie cytokinen, zoals TNF-alfa en interleukinen. Dit zijn stoffen die bijdragen tot algehele malaise, pijn en gewrichtsklachten. Deze boodschappers zijn niet specifiek voor Candida Hoofdletter C, ook bij een besmetting met darmparasieten, bacteriën, auto-immuunziekten en coeliakie zijn ontstekingscytokinen, zoals TNF-alfa, verhoogd aanwezig.
Oorzaken van een overgroei aan Candida
Er zijn diverse oorzaken aan te voeren die voor een overgroei aan gisten in de darm zorgen. De belangrijkste oorzaken zijn:
- Het gebruik van een antibioticum, waardoor de darmflora wordt geschaad.
- Een verstoord evenwicht van de darmflora. Bij een daling van de goede darmbacteriën en een lage diversiteit aan darmbacteriën in het algemeen, neemt het aantal schimmels en gisten toe. Het aantal gistcellen kan duizenden malen hoger dan normaal worden. Daarom treden er vaak na een antibioticumkuur klachten op in de darm, mond of vagina.
- Een verlaagde weerstand.
- Bij darmaandoeningen zoals colitis ulcerosa is de darmflora minder gevarieerd en zijn de Candida-cellen sterk in aantal verhoogd.
- Een besmetting met darmparasieten. Bij een besmetting met de parasiet Dientamoeba fragilis ziet men vaak een stijging van het aantal schimmels in de darm.
- Een gebrek aan groentevezels. Door een gebrek aan groentevezels nemen de vetzuur producerende bacteriën af en wordt de darminhoud minder zuur. Dit stimuleert de groei van gisten in de darmen.
Risicofactoren Candida
Er zijn verschillende risico’s die Candida overgroei in de hand werken. De risico’s voor Candida overgroei zijn vooral:
- Medicijngebruik
- Gebruik van antibiotica. Het gebruik van antibiotica doet de darmflora sterk dalen
- Het gebruik van de anticonceptiepil
- Het eten van voedsel dat veel zetmeel en suikers bevat
- Overmatig alcoholgebruik
- Overgewicht
- Diabetes, te hoge insulinespiegels en bloedsuikerproblemen
- Darmaandoeningen zoals de ziekte van Crohn en Colitis ulcerosa
- Het ondergaan van chemotherapie of het gebruik van corticosteroïden.
Testen om Candida aan te tonen
Het aantal gisten wordt door middel van een ontlastingskweek vastgesteld. Normaal gesproken bevinden zich 1.- 3.103 gisten in de darmen. Het is dus normaal als er in 1 gram ontlasting 1000 – 3000 Candida cellen te vinden zijn. Ook lagere getallen worden niet als abnormaal gezien. De test wordt gecombineerd met een darmflora-test. Daarnaast wordt er gekeken naar het zetmeel-gehalte en wordt de hoeveelheid Calprotectine bekeken, zo kan achterhaald worden of er een ontsteking in de darmen is. Als de darmklachten chronisch zijn, dan wordt aangeraden om een test op darmparasieten aan te vragen. Bij een parasitaire besmetting komt Candida in grote aantallen voor.
Uitstrijkje nemen van de mond, vagina en rectum
- Een toename van deze gisten in de darm komt bij vrouwen vaak voor in samenhang met een gist overgroei in de vagina. Candida kan ook voorkomen op de huid, in de mond, slokdarm of op de tong.
- Bij pasgeboren baby’s komt een lichte overgroei met gisten in de vorm van spruw – meestal in de eerste vier levensweken – voor. Na de geboorte kan tijdelijk een overgroei ontstaan, omdat de weerstand zich nog moet ontwikkelen, dit hoeft niet medicinaal behandeld te worden.
Er kan met een wattenstaafje een uitstrijkje worden gemaakt voor candida-analyses:
- Vaginale swab. Vrouwen kunnen last hebben van chronische vaginale klachten. Door het gebruik van de anticonceptiepil neemt het aantal Candida-cellen toe.
- Een uitstrijkje van de mond of een de tong bij een overgroei van gisten.
- Een uitstrijkje bij rectale jeuk of een afscheiding van de plasbuis bij mannen.
Andere gisten
In het laboratorium ziet men van tijd tot tijd Rhodotorula rubra in de ontlasting. R.rubra is verwant aan Candida, het is een gist dat vaak voorkomt op fruit. Testen van tientallen verschillende fruitsalades en gepasteuriseerde vruchtensappen, afkomstig van de supermarkt, toonden aan dat in 97% van de salades en in 22% van de vruchtensappen Candida-soorten en R.rubra aanwezig waren. Wanneer er in de darm grote hoeveelheden van deze fruitgisten aanwezig zijn, is het advies om zoet fruit te vermijden. Eet alleen vers fruit, daar komen de gisten niet op voor. Een besmetting kan ook opgelopen worden in het ziekenhuis. Op de handen van medische studenten die in het ziekenhuis werken, trof men bij 30% van de studenten deze fruitgist aan, terwijl dit bij slechts 9% van de niet-medische studenten het geval is.
Een belangrijk punt van aandacht is dat veel kinderen met een allergische aanleg een gistallergie hebben. Zij kunnen zowel op Candida soorten als op bakkersgist en vruchtgisten allergisch reageren. Omdat R.rubra ook positieve eigenschappen heeft, het produceert betacaroteen, wordt het vaak aan yoghurt toegevoegd. Men moet bij een allergische aanleg yoghurt en andere producten die Rhodotorula rubra bevatten, uiteraard niet gebruiken.
Schimmels
Wetenschappers hebben laten zien dat er ongeveer 100.000 schimmelsoorten aanwezig zijn in de natuur. Mogelijk omvat het koninkrijk van Fungi 1,5 miljoen soorten of zelfs nog meer. Het allergrootste deel leeft in harmonie samen met planten, dieren en mensen. Schimmels zijn rijkelijk aanwezig in de aarde, op bladeren en in levensmiddelen. De gemeenschap van schimmels wordt microbioom genoemd.
Gouba schijft in 2015 in het artikel ‘Digestive tract mycobiota: a source of infection’: ‘Het menselijk microbioom omvat 390 schimmelsoorten op de huid; in de mondholte en het maagdarmkanaal zijn er 335 soorten aanwezig. Hiervan worden 221 soorten alleen in het spijsverteringskanaal aangetroffen, terwijl 88 soorten alleen in de mondholte aangetroffen worden.’ Schimmels die in darm leven, zijn niet goed te kweken en moeilijk te identificeren, een aantal van deze schimmels zijn nog maar kort geleden in beeld zijn gebracht door middel van DNA-analyses.
Schimmelallergie
Het menselijk lichaam kan allergisch reageren op schimmels. Een allergische reactie kan ontstaan door het inademen van schimmels. Een dergelijke allergische reactie werd al 300 jaar geleden beschreven. In 1726 melde Sir Floyer als eerste een astma-aanval van iemand die in een wijnkelder gisten inademde. Blackley beschreef een eeuw later dat bronchitis en een beklemming op de borst kunnen ontstaan door Penicillium-sporen in te ademen. In 1924 stelde Van Leeuwen vast dat geïnhaleerde schimmelsporen astma kunnen veroorzaken, maar de importantie van schimmelallergie werd lange tijd onderschat. Een schimmelig huis of een boswandeling in de herfst kan er al voor zorgen dat er klachten ontstaan.
Schimmels zorgen voornamelijk voor luchtweg- en huidklachten. Bij 5% tot 20% van de mensen die last hebben van allergieën spelen schimmels een rol. Vanwege de matige kwaliteit van schimmeltesten kan de diagnose ‘schimmelallergie’ worden gemist.
Een onderzoek dat werd uitgevoerd door het Global Allergy and Asthma European Network en dat uitgevoerd werd in 16 Europese landen, toonde aan dat bij een schimmelallergie in 12% van de gevallen de oorzaak ‘Alternaria alternata’ is, ook Penicillium- en Aspergillus-allergieën komen vaak voor.
Behandeling Candida soorten
Als er meer dan 4000 gistcellen per gram ontlasting (4*10^3) een behandeling overwegen. De behandeling voor de verschillende gisten is gelijk.
Wanneer Candida-cellen zich eenmaal hebben gevestigd in het slijmvlies van de darm (of van de mond en vagina) is het moeilijk om ze definitief uit te roeien. Bij mensen met een verzwakt immuunsysteem en diabetes ziet men eerder hoge waarden.
De behandeling wordt gevormd door de combinatie van het volgen van een dieet en het gebruiken van medicatie.
Medicatie
Bij sterke overgroei met gisten wordt geadviseerd nystatine te gebruiken, dit medicijn is op recept verkrijgbaar. Nystatine kent maar weinig bijwerkingen. Het kan ook suikervrij worden geleverd door de natuurapotheek Wauters. Na een paar dagen zijn de gisten dan al verdwenen. De gisten kunnen echter weer terugkomen. Sommige patiënten voelen zich beter zolang zij dit middel gebruiken, het geneesmiddel kan langdurig worden gebruikt. Bij een afwijkende darmflora en een toename van gisten kan je probiotica, zoals Lactobacillus rhamnosus GG., inzetten. Saccharomyces cerevisiae type boulardii is een gist dat als supplement beschikbaar is. Soms is een overgroei met gisten het gevolg van een andere, diepere oorzaak, bijvoorbeeld een infectie met een darmparasiet. Als dit het geval is, moet de onderliggende oorzaak behandeld worden.
Over darmklachten.nl
Darmklachten.nl is een initiatief van MGlab, een laboratorium die gespecialiseerd is in ontlastingsonderzoek. …lees verder