Darmparasieten
Een parasiet is een organisme dat zich hecht aan een “gastheer” en daardoor schade aanricht. De parasiet gebruikt de gastheer als voeding waardoor deze verzwakt. Het woord parasiet is afgeleid van para-sitos; para betekent “naast” en sitos heeft de betekenis “voedsel”. Te vertalen als “bij het zitten aan tafel, mee-eten” (ook al was je niet uitgenodigd). Het omschrijft cellen die ten koste van de gastheer leven. Wormen en eencellige organismen (protozoa), zijn beide parasieten.
Symptomen darmparasieten
Darmparasieten kunnen verschillende darmklachten veroorzaken. Vaak komt voor:
- Buikpijn
- Opgezette buik
- Diarree
- Winderigheid
Wij raden de volgende testen aan:
Oorzaken
In de darm kunnen parasieten aanwezig zijn die uit één cel bestaan. Deze parasieten, protozoa, zijn gemiddeld slechts honderdsten van een millimeter groot zijn; je kan ze niet met het blote oog zien. Vaak doet de protozoa niet veel meer dan voedsel en bacteriën uit de darm opnemen, je merkt daar niet veel van. Er zijn tal van onschadelijke protozoa. Echter, symptomen ontstaan wanneer darmparasieten zich binden aan het slijmvlies en ontstekingsreacties veroorzaken. Door irritatie en zwelling van het darmslijmvlies zet de buik op en ontstaat pijn en diarree. Vaak treedt ook vermoeidheid op. Protozoa die de dunne darm aantasten veroorzaken verlies van voeding en daardoor kan een gebrek aan eetlust, vermagering of bloedarmoede optreden. De meest voorkomende darmprotozoa zijn:
- Dientamoeba fragilis
- Blastocystis hominis
- Giardia lamblia
- Cryptosporidium spp.
- Entamoeba histolytica
Wormen zijn groter en kan je wel waarnemen. Zij komen echter in Nederland niet vaak voor.
Onderzoek op darmprotozoa
De kans op een positieve test neemt toe door op twee verschillende dagen een ontlastingsmonster te nemen. Het is van belang om het monster te nemen in een periode dat men klachten ervaart en de ontlasting brijachtig is. De buisjes waar de ontlasting in moet bevatten een vloeistof om de afbraak van DNA te voorkomen.
Vaak zijn er bij een infectie meerdere personen geïnfecteerd en onderzoekt men ook de partner en overige gezinsleden. Zo kan herbesmetting binnen een gezin worden voorkomen.
Giardia lamblia
G.lamblia infecteert de dunne darm, een besmetting veroorzaakt vooral buikpijn en diarree. Een functie van de dunne darm is om voedsel op te nemen. Een infectie met deze parasiet heeft dan nog ook meer gevolgen, dan wanneer er een infectie in de dikke darm optreedt. Bij gezonde mensen absorberen de vlokjes in de dunne darm het voedsel, bij beschadiging van deze vlokjes is de opname echter verminderd. Niet alleen voedsel, ook mineralen zoals ijzer gaan hierdoor verloren. Een gebrek aan ijzer veroorzaakt vermoeidheid door bloedarmoede.
Cryptosporidium spp.
Cryptosporidium is een parasiet die de cellen van de dunne darm binnendringt. In Nederland is deze parasiet verantwoordelijk voor 2 tot 3% van de acute gevallen van diarree. Daarnaast wordt deze parasiet bij ongeveer 1% van de mensen met milde darmklachten aangetroffen.
De aandoening komt vooral voor onder jongeren. Personen met een zwak immuunsysteem en aidspatiënten kunnen ernstige diarree krijgen door besmetting.
Blastocystis hominis
De parasiet Blastocystis kan in grote aantallen aanwezig zijn in de dikke darm. Recentelijk zijn er publicaties verschenen die laten zien dat Blastocystis hominis niet altijd onschadelijk is. De meest typische klacht die deze darmparasiet veroorzaakt is een enorm opgezette buik en winderigheid. Daarnaast kan besmetting met deze parasiet buikpijn, chronische huiduitslag en winderigheid veroorzaken. Het blijkt dat 70% van alle mensen met jeukklachten waar de oorzaak onbekend van was, besmet is met Blastocystis hominis.
Dientamoeba fragilis
Dientamoeba fragilis heeft een grootte van 7–12 µm, maakt geen cysten en veroorzaakt bij de helft van de besmette personen klachten. Kinderen hebben vaak last van buikpijn.
Entamoeba diapar
Als Entamoeba gevonden wordt, dan gaat het meestal om de onschadelijke dispar vorm. Besmetting met deze parasiet komt in Nederland nauwelijks voor. Men kan alleen een besmetting oplopen in tropische gebieden, waar deze parasiet voorkomt. E.histolytica komt alleen voor in de tropen. Na een bezoek aan tropische gebieden en bij ernstige darmklachten en diarree kan de test via de afdeling tropengeneeskunde van het ziekenhuis worden aangevraagd.
Risicofactoren
Je kunt een infectie oplopen via het toilet of contact met dragers van parasieten. De belangrijkste groep die een hoog risico loopt op besmetting zijn kinderen op de kinderopvang. Door het nauwe contact worden kinderen vaker besmet met darmparasieten, dan wanneer zij thuis opgroeien.
Wanneer iemand besmet is, zijn er vaak meerdere personen binnen het gezin geïnfecteerd. Bij een besmetting is het daarom belangrijk om alle gezinsleden te onderzoeken. Alle besmette personen kunnen daarna het beste tegelijkertijd worden behandeld.
Testen en diagnose
De enige manier om de aanwezigheid van protozoa op te sporen, is de ontlasting te analyseren met behulp van een microscoop of door middel van DNA analyse. Voor onderzoek naar wormen kan de ontlasting worden onderzocht op de aanwezigheid van wormeitjes.
Preventie
Darmparasieten worden overgedragen door contact ontlasting. Echter, lang niet iedereen raakt besmet. Omdat de meeste parasieten buiten het lichaam langere tijd kunnen overleven, is een goede hygiëne belangrijk. In de eerste plaats moeten de handen worden gewassen na toiletgebruik. Het advies is om na toiletgebruik de handen te wassen, ze af te drogen aan een papieren doek en deze doek te gebruiken om de kraan mee dicht te draaien en de deur mee te openen. De enige manier om verspreiding van schadelijke organismen te voorkomen, is het wassen van de handen in combinatie met het goed schoonhouden van de kranen en de deurknop van het toilet.
Behandeling
Als darmparasieten worden aangetoond, dan is het wenselijk om ook de partner en andere gezinsleden te onderzoeken. Bij besmetting moeten zij ook behandeld worden. Het is van belang om alle gezinsleden op hetzelfde moment te behandelen.
De behandeling van darmparasieten wordt gedaan met reguliere medicijnen. De behandeling moet altijd door een arts worden voorgeschreven. In combinatie met medicijnen kan een zetmeelarm dieet worden gevolgd en kunnen ontstekingsremmende producten worden gebruikt.
7 dagen na de kuur moet er een naconrole plaatsvinden. Daarnaast moeten er hygiënemaatregelen worden getroffen om herbesmetting tegen te gaan.
Over darmklachten.nl
Darmklachten.nl is een initiatief van MGlab, een laboratorium die gespecialiseerd is in ontlastingsonderzoek. …lees verder